Reactie universiteiten op Wet Internationalisering in balans

Actueel

Laatst bijgewerkt op
Studenten lopen door universiteitsgebouw

Universiteiten van Nederland vindt het positief dat er met de Wet internationalisering in balans (WIB) duidelijkheid komt over het langetermijnbeleid voor internationalisering van het hoger onderwijs, en dat opleidingen de wettelijke mogelijkheid krijgen om gericht te sturen op het aantal internationale studenten met een numerus fixus. Tegelijkertijd hebben de universiteiten grote zorgen over de uitvoering van de ‘toets anderstalig onderwijs’ (TAO), het verlies van de voordelen van internationalisering, en over de hoge kosten van de WIB voor universiteiten. Donderdag 13 juni vindt in de Tweede Kamer een rondetafelgesprek plaats over de gevolgen van de WIB.

Internationalisering is van groot belang voor Nederland. Het draagt bij aan een stimulerend studieklimaat, een goede aansluiting op internationale wetenschappelijke ontwikkelingen, het aantrekken van topwetenschappers en het levert een belangrijke bijdrage aan de Nederlandse economie en ons vestigingsklimaat. Tegelijkertijd zien universiteiten dat de groei van het aantal internationale studenten op sommige plekken tot knelpunten leidt. Universiteiten nemen daarom nu zelf al maatregelen om de instroom van internationale studenten te beheersen, de toegankelijkheid voor Nederlandse studenten te waarborgen en de Nederlandse taalvaardigheid te verbeteren.   

Universiteiten zijn voornemens om het aandeel volledig Engelstalige bacheloropleidingen met een derde terug te brengen, onder meer door het aanbod Nederlandstalige opleidingen te vergroten. Het is goed dat de universiteiten ook onder de WIB de mogelijkheid behouden om gericht een numerus fixus in te zetten en daarmee op opleidings- en trackniveau te kunnen sturen op het aantal internationale studenten. 27 opleidingen hebben het voornemen om een numerus fixus op een Engelstalig traject in te stellen. 

Toets anderstalig onderwijs moet ook in de wetstekst het sluitstuk van regie door universiteiten zijn  

Minister Dijkgraaf wil de zelfregie van universiteiten stimuleren en zegt dat de toets anderstalig onderwijs daarom het sluitstuk van zelfregie zou moeten zijn. Ook de Raad van State adviseerde om zelfregie sterker een plek te geven in de wet. Maar in de WIB staat in de TAO de toetsing van individuele opleidingen nog steeds centraal. Daardoor kan er geen rekening gehouden worden met een afgestemd landelijk aanbod. Ook hebben universiteiten grote zorgen dat tweetalige opleidingen in de toets anderstalig onderwijs als ondoelmatig kunnen worden gezien en dat er geen rekening wordt gehouden met het gebrek aan Nederlandstalig personeel in sommige vakgebieden.   

Hoge kosten zetten universiteiten verder onder druk 

In het hoofdlijnenakkoord wordt er een bezuiniging van 293 miljoen euro ingeboekt op het aantal internationale studenten. Dat staat haaks op een gebalanceerde aanpak van internationalisering. Wat stelt een zorgvuldige toetsing van opleidingen nog voor, als vooraf al vaststaat wat de uitkomst moet zijn? Bovendien gaat deze wetgeving juist leiden tot hoge transitiekosten; als de overheid daar geen budget voor beschikbaar stelt, gaat dat direct ten koste van de kwaliteit van onderwijs en onderzoek. 

Lees hier de volledige reactie op de Wet internationalisering in Balans

 

UNL-standpunt WIB

UNL-standpunt WIB - Rondetafelgesprek gevolgen WIB.pdf

Publicatie